Dodemansvingers - Oenanthe crocata 10 zaden
Dodemansvingers is een (bij inname) zeer giftige, vaste plant die behoort tot de schermbloemenfamilie.
De soort komt van nature voor in West-Europa en is in Nederland te vinden op Voorne en bij Zandvoort.
De soort staat op de Nederlandse Rode lijst van planten als zeer zeldzaam, maar is stabiel en zelfs iets toegenomen.
De plant wordt 50 – 150 cm hoog en vormt wortelknollen, die met een dun stukje aan de plant verbonden zijn.
De knollen zijn zeer giftig.
Aan de vorm en giftigheid van de knollen heeft de plant haar naam te danken.
Het aanraken van dodemansvingers vormt geen probleem.
De soort bloeit met grote witte schermbloemen in de maanden mei en juni.
Het blad lijkt op dat van selderij en is zo gemakkelijk te onderscheiden van algemene soorten zoals gewone berenklauw, fluitenkruid en zevenblad.
Een typisch kenmerk zijn de spitse driehoekige groene kelkblaadjes aan de voet van de helder witte bloemetjes.
Die bloemetjes geven een wijnachtige geur af.
Zaaien: augustus-september.
De zaden van deze koudekiemer moeten eerst vocht op kunnen nemen in een warme periode (2 tot 5 weken).
Daarna doorbreekt een periode van kou (tussen +5 tot -5 °C) de kiemrust.
De natuurlijke winteromstandigheden zijn meestal het meest effectief voor het doorbreken van de kiemrustperiode.
Het zaaisel buiten zetten en gewoon de winter er over laten komen is het beste.
Kieming vindt dan plaats in het voorjaar.